Een boek inzetten als cultureel wapen. Twee secretaresses uit de typeklas van de CIA moeten halverwege vorige eeuw daarvoor wel eerst het boek van Amerika naar Rusland zien te smokkelen. Schrijfster Lara Prescott schreef haar spannende debuutroman ‘Wat we niet vertelden‘ erover.
‘1956. Boris Pasternak legt de laatsta hand aan zijn roman Dokter Zhivago, wetend dat het Russische volk hem nooit zal kunnen lezen. De CIA wil het boek, op het hoogtepunt van de Koude Oorlog, inzetten als cultureel wapen. Voor deze missie worden twee secretaresses uit de typeklas van de CIA gehaald, de ervaren Sally en getalenteerde nieuweling Irina. Hun opdracht: de Russische editie koste wat kost Rusland in smokkelen en verspreiden. Geen gemakkelijke opdracht, maar ze mogen niet falen – dit boek kan de koers van de wereldgeschiedenis bepalen.’
Als er boeken zijn waar ik altijd naar uitkijk, dan zijn het wel boeken die een historisch element in zich hebben. Boeken die echte gebeurtenissen uit het verleden vertellen, waardoor ze altijd nog iets spannender zijn dan fictieve boeken voor mij. Afgelopen maand bracht Lara Prescott haar debuut ‘Wat we niet vertelden’ uit. Een uitermate spannend verhaal, dat zich afspeelt net na de tweede wereldoorlog toen de verhoudingen op scherp stonden. Toen twee secretaresses van de CIA het boek van Boris Pasternak naar Rusland moesten smokkelen om het daar in te zetten als cultureel wapen. Vanaf de eerste bladzijde weet de schrijfster dit spannende verhaal overtuigend neer te zetten.
‘Wat we niet vertelden’ schittert door de detailrijke manier van schrijven van Prescott
Het verhaal schittert door de detailrijke manier van schrijven van Prescott. Zo begint ze: ‘We typten honderd woorden per minuut en misten geen lettergreep. Onze identieke bureaus waren allemaal uitgerust met een mintkleurige Royal Quiet Deluxe-typemachine, een zwarte Western Electric-telefoon met draaischijf en een stapel stenoblokken. Onze vingers vlogen over de toetsen. We brachten constant tikgeluid voort. We stopten alleen om de telefoon te beantwoorden of een trekje van een sigaret te nemen; sommigen van ons konden dat tegelijkertijd, zonder een aanslag te missen.’ Met deze detailrijke, beeldende schrijfstijl weet ze de lezer meteen het verhaal in te trekken. Dit in combinatie met haar vlotte schrijfstijl zorgt ervoor dat je dit spannende verhaal in een keer uit wilt lezen.
In een historische roman kan de schrijver soms verzande in ellenlange monologen of gedachtengangen van personages waardoor de vaart uit het verhaal wordt gehaald. Dit is bij Prescott zeker niet het geval. Zoals ik al schreef is haar schrijfster vlot doch gedetailleerd. Maar ze heeft ook twee hoofdpersonages neergezet met twee geheel eigen karakters, die zorgen voor een fijne afwisseling in de verhaalvertelling. Prescott heeft er ook voor gezorgd dat beide hoofdpersonages een eigen stem hebben en daar goed onderscheid in wordt gemaakt.
‘Wat we niet vertelden’ is niet alleen een spannende historische roman, maar ook een prachtig vertelt verhaal. Een verhaal dat sprankelt door de detailrijke, beeldende manier van schrijven!
Heb jij ‘Wat we niet vertelden’ ook gelezen? Laat weten bij de reacties wat jij van dit verhaal vindt!